De tabaksplantjes zijn uitgegroeid tot zeg maar echte planten. Oké, misschien wel niet zo fors als die van internetmaatje Joop van de Geuzenpartij. Maar ze mogen er best wezen! Weliswaar niet zo breed maar hoog des te meer. En van een aantal heb ik een fikse hoeveelheid bladeren kunnen plukken. Ik heb nu echter zoveel nieuw blad dat ik binnenkort aan een tweede pluk ga beginnen.
De afgelopen maanden hebben de tabaksplantjes in bloei gestaan. Dat deden ze eigenlijk ook al in de winter maar vanaf het voorjaar was echt continu raak. De eerste pluk begon toen net de eerste de bloemetjes begonnen te bloeien, de bladeren waren toen nog groen. Bij de tweede pluk wacht ik tot de bladeren uit zichzelf een beetje beginnen te vergelen. Ik heb zo links en rechts er eens een goegeltje eraan gewaagd en ik kreeg uit de beschrijvingen die ik heb gelezen het idee dat ik te vroeg was met mijn eerste pluk. Beter lijkt het te wachten tot de bladeren vanaf de onderkant van de stam uit zichzelf vergelen heb ik begrepen.
Kon ik in het voorjaar een paar zaadknoppen verschalken, ik heb nu al een schaaltje vol geplukt. Dat plukken, of eigenlijk met een schaar knippen, doe ik trouwens pas als de blaadjes rond de zaaddoos geel/bruin zijn geworden. De zaaddoos is dan al donkerbruin. Ik probeer zo te voorkomen dat de dozen voor het oogsten openspringen. Dagelijks loop ik dus met de schaar even alle plantjes langs en doorgaans scoor ik dan wel een stuk of vijf zaaddozen. Opvallend is dat deze nog steeds, net zoals de heerlijk geurende bloemetjes, een beetje plakkerig zijn. Zelfs de uitgebloeide en bruine bloemetjes die van de zaaddoos los laten zijn nog een beetje plakkerig. Het is dus zaak de geoogste zaaddozen niet zomaar op een hoop te gooien maar mooi verspreid in de zon laten drogen. En dat gaat de laatste dagen met die hitte natuurlijk als een speer. Bij zaaddozen die echt goed droog zijn kun je de zaadjes horen rammelen als je deze schudt. En klein dat die zijn!
Als ik zo eens de hele kweek overzie is het ondanks de tegenslag van verleden jaar eigenlijk best wel goed gegaan. De plantjes die eind 2012 zo tegen het einde van het jaar naar binnen zijn gegaan hebben het allemaal tot in dit jaar gered. Ik was van plan iedere pot uit te dunnen en uiteindelijk maar één plant per pot over te houden maar achteraf is het goed dat ik dit toch maar niet gedaan heb. Ik had wat betreft bladopbrengst toch niet zoveel gewonnen, denk ik. Want de potten die ik gebruik zijn gewoon veel te klein. En daarbij, nu kon ik naar hartenlust *kuch* experimenteren!
Ik heb de bloempotten op verschillende plekken op mijn balkon geplaatst. Deze ene kant hiervan heeft vooral s 'morgens veel licht, de andere meer aan het einde van de dag. Tussen de plantjes heb ik echter nauwelijks verschil in hoogte kunnen bespeuren. Wel hebben ze allemaal een ontzettende dorst als het warm weer is en dagelijks gaan er heel wat litertjes water doorheen. Gebruik van meststoffen heb ik niet gemaakt. In de potten heb ik gewone potaarde die met een beetje gewone donkere aarde is vermengd gebruikt. Mijn standaard mengseltje voor alles wat op het balkon staat trouwens. Voldoende luchtig terwijl er ook nog wat voeding in zit.
Wat betreft ongedierte, ook hier heb ik nauwelijks last gehad. In de winter, toen alles binnen stond, bleek de geranium de schuilplaats van een aantal rupsen te zijn. Die kwamen vanwege de warmte natuurlijk gelijk te voorschijn en vraten hier en daar een blaadje van zowel de geranium als de tabaksplantjes weg. Gelukkig slaagde ik er redelijk eenvoudig in ze te vangen zodat Fred en consorten ook eens een vorkje rups konden prikken. Later, deze zomer is er op het balkon één tabaksplant geweest die door rupsen werd aangevreten maar dat was ook eigenlijk alles. Ook hier slaagde ik erin de rupsen zonder gif te verwijderen. Gif gebruiken kan natuurlijk ook niet als je het wilt (laten) roken...
Mijn indruk van deze hele kweek is dat het misschien in situaties zoals die van mij helemaal geen slecht idee is de zaadjes laat in de zomer tot ontkieming te laten komen, deze de winter binnen te houden om ze in het voorjaar naar potten van voldoende formaat te verspenen. De precieze momenten zijn natuurlijk afhankelijk van de standplaats van de plantjes. Je moet in ieder geval voorkomen dat ze slachtoffer worden van de nachtvorst.
Hoe groot de potten precies moeten zijn weet ik niet. Die van mij zijn met ongeveer 15 liter duidelijk te klein. Ik geloof dat Joop een speciekuip gebruikte maar een pot van ongeveer een liter of 40, liefst wat breder dan diep lijkt mij voor één plant voldoende. Afbeeldingen die ik op het Wilde Wijde Wep heb gevonden betroffen planten met bladeren van wel 40 centimeter lengte. Heb je een tuin dan is dat natuurlijk allemaal geen probleem. De standplaats: in de luwte van de wind maar wel lekker in de zon. Ongeveer per halve vierkante meter in april/mei één plantje poten en gáán met die banaan! Oké, dat zal in de praktijk wel weer iets genuanceerder liggen... maar toch.
De bladeren die ik deze zomer pluk gaan allemaal naar internetmaatje Joop van de Geuzenpartij. En dat is dan ook meteen het laatste onderdeel in dit tabaksplanten avontuur. Volgend jaar wil ik voor de sier één plant gaan houden. En dan als het even kan in een maatje grotere pot. Wil je zelf ook een poging wagen dan kun je contact met mij opnemen. Ik stuur je dan net zoals Joop dat destijds bij mij deed zomaar gratis en voor nop een klein zakje tabaksplantenzaad toe. Gewoon voor de fun en om wat betreft gebaar in de voetsporen van Joop te kunnen treden.
Bedankt Joop!